Japanse cultivarnamen en hun betekenis:


Acer buergerianum ‘Akebono’ – morgenstond
Acer palmatum ‘Aka shidare’ – de rode hangende, of rode cascade
Acer palmatum ‘Ake garasu’ – de kraaien bij dageraad
Acer palmatum ‘Aki tsuma gaki’ – herfst nagellak
Prunus serrulata ‘Ama no gawa’ – hemelse rivier
Acer palmatum ‘Amagi shigure’ – zacht miezer buitje op de berg Amagi
Acer palmatum ‘Ao cha’ – groene bast
Acer palmatum ‘Ao shidare’ – groene waterval
Acer palmatum ‘Ao shime’ groene versiering voor nieuwjaarsdag
Acer palmatum ‘Aoba jo’ – eerste klas groene
Acer palmatum ‘Ao yagi’ – groene wilg
Acer palmatum ‘Ara kawa’ – ruwe stam
Acer palmatum ‘Ariake nomura’ – prachtige morgenstond
Azalea ‘Asa gasumi’ – rose nevel
Acer palmatum ‘Asagi nishiki’- bontbladig geelgroen
Acer truncatum ‘Asahi’ – zonsopgang
Acer palmatum ‘Asahi zuru’ – zwaan in de opgaande zon
Acer palmatum ‘Azuma murasaki’ – paarse oosten (murasaki = paars)
Hydrangea serrata ‘Beni gaku’ – rode bloem
Acer palmatum ‘Beni gasa’ – rode paraplu
Acer palmatum ‘Beni hoshi’ – rode ster
Acer palmatum ‘Beni kagami’ – rode spiegel
Acer palmatum ‘Beni komachi’ – roodharig meisje
Acer palmatum ‘Beni kumo no su’ – rode spinnenweb
Acer palmatum ‘Ben ohtake’ – rode grote bamboe
Acer palmatum ‘Beni shidare’ – rode waterval
Acer palmatum ‘Beni shi en’ – rode rook
Acer palmatum ‘Beni komachi’ – mooie roodharige meisje
Acer palmatum ‘Beni schichi henge’ – rode wispelturigheid
Hydrangea serrata ‘Beni yama’ – rode berg (of steile heuvel)
Acer palmatum ‘Chirimen nishiki’ – gekleurd crepepapier
Acer palmatum ‘Chishio’ – bloed
Acer palmatum ‘Chitose yama’ – duizendjarige berg
Acer palmatum ‘Daimyoh nishiki’ – feodale ridder, bontbladig
Acer palmatum ‘Eiga nishiki’ – glorieus bontbladig
Pinus parviflora ‘Fukai’ – dik of diep(zinnig)
Acer crataegifolium ‘Furi no tsuki’ – gespikkelde indruk
Acer palmatum ‘Garyuh’ – op zijn eigen manier
Acer palmatum ‘Gasshoh – koor
Osmanthus heterophyllus ‘Goshiki’ – meerkleurig
Acer buergerianum ‘Goshike kaede’ – meerkleurige esdoorn (geen palmatum!)
Acer palmatum ‘Hagaromo’ – engelenkleed
Azalea ‘Hana asobi’ – speels bloemetje (hana = bloem)
Azalea ‘Harusame’ – voorjaarsregen
Hydrangea serrata ‘Hime ama cha’ – mooie kleine zoete thee (of prinses)
Acer palmatum ‘Hime ha uchiwa’ – mooie kleine waaier
Hydrangea macrophylla ‘Hatsu shime – eerste nieuwjaarsversiering
Acer palmatum ‘Higasa yama’ – berg parasol (yama = berg)
Azalea ‘Hi no Crimson’ – helderrode Crimson (wederom helderrood)
Acer palmatum ‘Hi ryuh’ – vuurdraak
Acer palmatum ‘Hohgyoku’ – juweel
Acer palmatum ‘Hoshi kuzu’ – sterren stof
Acer palmatum ‘Iijima sunago’ – sunago is zand, Iijima waarschijnlijk locatie aanduiding
Acer palmatum ‘Inabe shidare’ – het hangende blad van de rijstplant
Acer palmatum ‘Inazuma’ – donder
Actinidia arguta ‘Issai’ – het eerste jaar of regelmatig
Acer palmatum ‘Jiroh shidare’ – witte waterval
Acer palmatum ‘Kageroh’ – luchttrilling
Acer palmatum ‘Kamagata’ – geklauwd
Acer palmatum ‘Kara ori nishiki – meerkleurig brokaat voor danskostuums
Azalea ‘Katsura no hana’ – bloem van de Katsura tuin
Acer shirasawanum ‘Kin kakure’ – gouden baldakijn (Acer shirasawanum ‘Aureum’)
Acer palmatum ‘Kinran’ – geweven met gouddraad
Buxus microphylla ‘Kinsha’ – goudstof
Acer palmatum ‘Kinshi’ – met gouden draden
Acer palmatum ‘Kiri nishiki’ – mistig brokaat
Acer palmatum ‘Kiyo hime’ – sprookjesprinses
Pinus parviflora ‘Kiyo matsu’ – sprookjes pijnboom
Acer palmatum ‘Kocho nishiki’ – meerkleurige vlinder
Acer palmatum ‘Kocho no mai’ – dansende vlinder
Acer palmatum ‘Kogane nishiki’ – gouden brokaat
Acer palmatum ‘Komon nishiki’ – fijn patroon bontbladig
Pinus thunbergii ‘Kotobuki’ – lang zal ze leven
Acer palmatum ‘Koto hime’ – mooie kleine oude harp (koto = oude harp)
Acer palmatum ‘Koto no ito’ – snaren van de oude harp
Acer palmatum ‘Koto maru’ – ronde oude harp
Acer palmatum ‘Ko yuki’ – kleine sneeuwvlok
Hydrangea serrata ‘Kuro hime’ – zwarte prinses
Acer palmatum ‘Kurui jishi’ – denkbeeldige leeuw
Hydrangea serrata ‘Maiko’ – kleine danseres
Acer japonicum ‘Mai kujaku’- dansende pauw
Acer palmatum ‘Mama’ – wispelturig
Acer palmatum ‘Masu murasaki’ – paarse houten kom (masu = houten kom)
Acer palmatum ‘Matsu kaze’ – pijnboom in de wind (tevens naam van prinses/ titel No stuk)
Acer palmatum ‘Mejishi’ – mythische leeuwin (no- theater)
Hydrangea serrata ‘Midori’ – lichtgroen
Hydrangea macrophylla ‘Mirai’ – luchtspiegeling of fata morgana
Hydrangea serrata ‘Miyama yae murasaki’ – afgelegen berg, dubbel, paars
Acer buergerianum ‘Miyasama yatsubusa’ – prinsen esdoorn (Prins Fushina), dwerg
Acer palmatum ‘Momoiro kohyasan’ – perzikkleurige heilige berg
Acer palmatum ‘Murasaki Shikibu’ – beroemde 13e eeuwse dichteres, 2 hoofdletters!
Camellia japonica ‘Murasaki tsubaki’ – tsubaki is Camellia, murasaki paarsrood
Acer palmatum ‘Mure hibari’ – een zwerm leeuwerikken
Acer palmatum ‘Nishiki gasane’ – bontbladig overlappend
Acer palmatum ‘Nomura’ – mooi
Acer palmatum ‘Nuresagi’ – reiger
Hydrangea serrata ‘Oh ama cha’ – grote zoete thee
Osmanthus heterophyllus ‘Ohgon’ – goud
Acer palmatum ‘Ohgon sarasa’ – goudkleurig bedrukte stof
Acer palmatum ‘Oh jishi’ – mythische leeuw (no theater)
Acer palmatum ‘Oh kagami’ – grote spiegel
Acer palmatum ‘Oh saka zuki’ – groot rijstwijnkopje
Acer palmatum ‘Oridono nishiki’ – puntjes goud
Acer palmatum ‘Otome zakura’ – ? Japanse kers
Clematis ‘Rooran’ – stad aan de zijderoute
Acer palmatum ‘Ryoku ryuh’ – groene draak
Acer palmatum ‘Ryuh zu’ – drakenkop versiering
Acer palmatum ‘Sango kaku’ – koraalrode toren
Acer palmatum ‘Samidare’ – voorjaarsregen
Acer palmatum ‘Saotome’ – rijstplantend meisje
Clematis ‘Sayo giri’ – avondmist
Pinus thunbergii ‘Sayonara’ – tot ziens
Clematis ‘Sazanami’ – golfjes
Acer palmatum ‘Sazanami’ – golfjes, rimpelingen of kleine bron
Acer palmatum ‘Sekka yatsubusa’ – rood wordende dwerg
Acer palmatum ‘Semi no hana’ – krekel op een bloem
Hydrangea serrata ‘Schichidanka’ – zevenster
Acer palmatum ‘Shigarami’ – meerpaal
Acer palmatum ‘Shigitatsu sawa’ – korhoender boven een wintermoeras (13e eeuws gedicht)
Acer palmatum ‘Shigure bato’ late herfst regen
Acer palmatum ‘Shin higasa’ – nieuwe parasol (Shin = de vernieuwde versie)
Hydrangea macrophylla ‘Shinonome’ – dageraad
Hydrangea serrata ‘Shiro gaku’ – witte bloem
Acer palmatum ‘Shishi gashira’ – legendarische leeuwenmanen (no-theater masker)
Acer palmatum ‘Shigure ba to’ -zachte herfstregen op de bladeren
Acer palmatum ‘Shohjoh’ – rood geschminkte monnik uit no theater
Acer palmatum ‘Shohjoh no mai’ – dansende rode monnik
Acer palmatum ‘Shohjoh nomura’ – rood, prachtig
Acer palmatum ‘Shuh zan ko’ – rode bergen in de herfst (Shuh = herfst, zan = bergen)
Acer sieboldianum ‘Sode no uchi’ – in de mouw (up your sleeve) (Sode = mouw)
Acer palmatum ‘Sui sei’ – de beste blauwgroene (sui = de beste)
Prunus serrulata ‘Tai haku’ – dikke witte
Acer japonicum ‘Taki no gawa’ – waterval of stroomversnelling in de rivier
Azalea ‘Tama beni’ – rood juweel of rode bal (Tama = bal of juweel)
Acer palmatum ‘Tama hime’ – mooie kleine bal of juweel
Acer palmatum ‘Tana’ – lagen
Acer palmatum ‘Tanabate’ – festival van de sterren (7 juli)
Acer palmatum ‘Tennyoh no hoshi’ – godin of engel van de sterren
Acer palmatum ‘Tsuchi gumo’ – grondmist (aarde en wolk)
Acer palmatum ‘Tsukushi gata’ – de Tsukushi lagune
Acer palmatum ‘Tsuma gaki’ – nagel lak
Acer palmatum ‘Ueno homare’ – glorie van Ueno (beroemd park in Tokyo)
Acer palmatum ‘Uki gumo’ – drijvende wolken
Prunus serrulata ‘Ukon’ – heldergeel of saffraan
Prunus incisa ‘Umineko’ – zeemeeuw
Acer palmatum ‘Utsu semi’ – huid van een sprinkhaan
Acer palmatum ‘Usu midori’ – dun, lichtgroen
Acer palmatum ‘Wabito’ – heremiet
Acer palmatum ‘Waka momiji’ – esdoorn van Waka (momiji = Acer palmatum)
Acer palmatum ‘Washi no o’ – Adelaarsklauw
Hydrangea serrata ‘Yae no ama cha’ – dubbele zoete thee
Acer palmatum ‘Yatsubusa’ – dwerg
Acer palmatum ‘Yugure’ – zonsondergang of schemering

Over spelling, betekenis en het afbreken van Japanse woorden in getranslitereerde Japanse cultivarnamen.

Woorddelen:
De woorddelen worden in Japan niet gescheiden, dit leidt echter in de transliteratie tot lange moeilijk leesbare woorden. Een voorbeeld is ‘Fujukakunomatsu’ of ‘Akashigitatsusawa’ of ‘Aomeshimenouchishidare’ het is dan ook gebruikelijk om ze in de transliteratie op te splitsen in woorddelen die de verdeling van de karakters volgen. Dan krijgen we bijvoorbeeld, ‘Fuju kaku no matsu’, ‘Aka shigitatsu sawa’ en ‘Ao meshime no uchi shidare’, nog lastig genoeg. Sommigen willen dit beeld nog verder verhelderen door er verbindingsstreepjes aan toe te voegen, dan ontstaat bijvoorbeeld ‘Fuju-kaku-no-matsu’, ‘Aka-shigitatsu-sawa’ en ‘Ao-meshime-no-uchi-shidare’, hoewel de Code voor de Naamgeving van Gecultiveerde Planten dit nadrukkelijk niet voorschrijft, maar alleen een verbindingsstreepje voorschrijft rond het betekenisloze partikel ‘no’. Vanzelfsprekend is het bij afbrekingen van belang dit op de juiste plek te doen, door de karakters te volgen. Anders ontstaan er onleesbare woorddelen. Een voorbeeld is de veel voorkomende foute afbreking in de cultivarnaam ‘Shinobu gaoka’ die vaak wordt geschreven als ‘Shino buga oka’. Dit is te vergelijken met het afbreken van de naam ‘Bouquet Rose’ als ‘Bou Quetro Se’.

Karakters:
Als wij Japanse namen lezen blijft het natuurlijk een transliteratie, de eigenlijke naam is vanzelfsprekend in karakters. Er bestaan in Japan twee soorten karakterschrift. De klassieke ‘Chinese’ karakters die in één karakter een woord vormen, maar daarnaast bestaat er ook een veelgebruikt lettergrepen-schrift, met name gebruikt voor de wat ongewonere woorden. Veel plantennamen zie je dubbel opgeschreven in Japanse boeken, eerst de klassieke karakters met daarnaast de lettergreepkarakters om aan te geven hoe het woord uitgesproken dient te worden. Dit is een noodzakelijk hulpmiddel omdat ook Japanners veelal niet meer dan zo’n 20.000 karakters kunnen lezen en veel plantennamen zo zeldzaam voorkomen in het schrift dat de klassieke karakters onbekend en dus onleesbaar zijn.Voor ons westerlingen is dit alles ogenschijnlijk niet zo boeiend, maar toch kan er in de transliteratie wel het een en ander misgaan. Transliteratie, het omzetten van de karakters in westers schrift, mag niet worden verward met vertaling. Het enige wat toegestaan is bij Japanse plantennamen is het leesbaar te maken. Hierbij is het belangrijk om acht te slaan op het bestaan van lange en korte klinkers in het Japans, een fenomeen dat wij in het Nederlands uiteraard ook kennen. Denk aan ‘bom’ en ‘boom’ , twee behoorlijk verschillende woorden. Zo werkt dat ook in het Japans met de ‘u’ en de ‘o’ klank. Echter er is in de Code voor Cultuurplanten niet gekozen voor het elegante Nederlandse systeem van de letterverdubbeling om een lange klank aan te geven, maar voor het systeem van Hepburn die een streepje legt boven de te verlengen letter. In de praktijk van alledag wordt dit liggende streepje boven de letter echter vaak vergeten wat leidt tot een flinke betekenisverandering, zoals het voorbeeld van boom en bom duidelijk maakt. Een ‘h’ achter de te verlengen letter plaatsen is een oplossing voor dit probleem die ook in Japan meestal wordt gebruikt. Het woordbeeld verandert hier echter wel wat door. Een voorbeeld is Acer palmatum ‘Shuhzankoh’ een cultivarnaam die in vertaling ‘rode bergen in de herfst’ betekent, en gespeld als ‘Shuzanko’ van betekenis verandert in ‘kind meester van het universum’ en voor Japanners een ridicule vergissing is. Dus als het niet mogelijk is om de liggende streepjes boven de lange klinkers te plaatsen, schrijf dan een ‘h’ erachter om foute spelling te voorkomen!

Vertalen:
Het vertalen van Japanse cultivarnamen zoals gedaan is met de Japanse
Hydrangea macrophylla ‘Hanabi’, die in Nederland circuleert onder de naam ‘Vuurwerk’, in Engeland als ‘Firework’, in Frankrijk als ‘Feu d’Artifice’ en in Duitsland als ‘Feuerwerk’ is vanzelfsprekend niet toegestaan. De enige correcte naam is en blijft ‘Hanabi’. Om het nog erger te maken zijn de cultivars ‘Izu no hana’ en ‘Jogosaki’ ook in deze ‘Vuurwerk’ serie opgenomen en zo is de verwarring compleet. En het mooie van de strikte regels voor de naamgeving van cultuurplanten is juist dat ze bedoeld zijn om verwarring te voorkomen. Toch worden de Japanse namen vaak vertaald, waarschijnlijk omdat ze zo ontoegankelijk lijken. Commerciele motieven zijn ook niet uit te sluiten.

Soortsnamen als onderdeel van de cultivarnaam:
Een regelmatig terugkerend probleem is dat de opbouw van de Japanse naam, waarin Geslachts- en soortnaam en de cultivarnaam in één adem genoemd worden, niet altijd direct wordt doorzien. Bijvoorbeeld als de Japanse naam voor een Camellia ‘murasaki tsubaki’ luidt, moeten we ons wel realiseren dat ’tsubaki’ simpelweg Camellia betekent. Het is dus de geslachtsnaam, geen cultivarnaam. In de transliteratie zou het dus correct zijn om Camellia japonica ‘Murasaki’ te gebruiken in plaats van het veelgebruikte Camellia japonica ‘Murasaki tsubaki’. Zo kan de toevoeging ‘momiji’ we bij alle Acer palmatum, ‘sakura’ bij alle sierkersen, ‘matsu’ bij alle Pinus, ‘sugi’ bij Cryptomeria, ‘kaede’ bij Acer species met uitzondering van palmatum en ga zo maar door.